Hoe blijft thuisonderwijs leuk?

Tip 1: Start de dag zoals u ook zou doen als het een gewone schooldag zou zijn. De meeste kinderen hebben in de ochtend direct een online moment waarop de leerkracht de kinderen ontmoet en instructies geeft. Zet daarom een wekker en volg het ochtendritueel dat er bijvoorbeeld zo uit kan zien: wakker worden, wassen, kleding aantrekken, ontbijten en tanden poetsen.

Tip 2: Bekijk alvast de planning van vandaag. Doe dit bij voorkeur minstens 15 minuten voordat het eerste online moment start. Vaak staan er vakken door de leerkracht op een vast tijdstip gepland, maar er zijn ook vakken die de kinderen zelf mogen plannen. Het is voor uw kind prettig om zelf te mogen bedenken wanneer er aan welk vak gewerkt gaat worden. Wat helpt is een planning op papier. U kunt een leeg A-4 papier dubbelvouwen, zodat de ochtend in het bovenste gedeelte geschreven kan worden en de middag in het onderste gedeelte. Vouw daarna de ochtend nogmaals doormidden en doe dat ook bij de middag. De lijnen die ontstaan zijn de pauzes. Schrijf dan de vakken met een vast tijdstip op het A-4 papier. Daarna mag uw kind kiezen hoe de dag er verder uit gaat zien. Vul dit samen in! Op deze manier geeft u duidelijkheid in het verloop van de dag én u geeft uw kind medezeggenschap over de invulling van de dag. Het gevoel van eigen keuzes mogen maken, maakt dat uw kind met minder tegenzin aan de slag kan gaan. De duidelijkheid van hoe de dag gaat verlopen, geeft rust en maakt dat uw kind weet wat hem of haar te wachten staat. En tot slot: er zijn samen afspraken gemaakt waar u uw kind aan kunt houden. Uw kind heeft mee mogen denken en beslissen en zo gaan we het vandaag doen!

Tip 3: Laat uw kind zelf bedenken hoe de pauzes eruit gaan zien. Bespreek dit bij het invullen van de planning, dan voorkomt u discussie wanneer het pauze is en het nog bedacht moet worden. Wanneer u dit samen bedenkt en overlegt, kunt u nog een beetje sturen in wat er gekozen wordt. Kiest uw kind allemaal activiteiten die te lang duren voor een korte pauze of te ingewikkeld zijn qua spullen. Laat uw kind dan uit 3 of 4 opties kiezen. Spreek ook af hoe lang de pauze zal duren. Bij jonge kinderen kunt u een eierwekker zetten of aanwijzen op de klok waar de wijzer dan staat.

Tip 4: Verras uw kind met een korte energizer tussen de opdrachten of vakken door. Een energizer is een korte activiteit die zorgt voor afwisseling in de dag waar uw kind energie van krijgt en zijn of haar aandacht even op een andere manier kan richten. Het moet vooral leuk zijn! Waar kunt u aan denken?

- Commando pinkelen: u en uw kind zitten aan de tafel. Op uw commando moeten een aantal bewegingen gemaakt worden. Deze bewegingen zijn: pinkelen (wijsvingers om de beurt op tafel tikken); plat: handen plat op tafel; hol: handen hol trekken en de vingertoppen raken de tafel; bol: je draait je hand om en de vingers staan naar boven gericht. U geeft het commando en maakt tevens zelf de bewegingen. U kind neemt deze bewegingen over, maar hij of zij moet alleen reageren als u het woord "commando" ervoor gezegd heeft. U kan uw kind ook misleiden door een verkeerde beweging uit te voeren. Dus u zegt
bijvoorbeeld commando hol, en u legt zelf uw handen plat op tafel. Wanneer uw kind zijn of haar handen plat op tafel legt, is dan af. Als het woord “commando niet wordt uitgesproken en de beweging toch overgenomen wordt, is uw kind ook af.
Dan mag uw kind de commando's geven. Hoe sneller de bevelen elkaar opvolgen, hoe moeilijker het is om ze foutloos uit te voeren.

- Veertje blazen: u en uw kind gaan proberen een veertje zo lang mogelijk in de lucht te houden. Jullie mogen de veer niet aanraken met de handen of met het lichaam. Zodra de veer op de grond ligt is het spel afgelopen. 

- Wiggle, wiggle, wiggle: U gaat tegenover uw kind staan. 
Stap 1: U en uw kind tellen om en om doorgaand tot 3. U zegt 1, uw kind zegt 2, u zegt 3, uw kind zegt 1, u zegt 2, uw kind zegt 3, u zegt 1 etc
Stap 2: De 1 wordt vervangen door een klap. U klapt, uw kind zegt 2, u zegt 3, uw kind klapt, u zegt 2, uw kind zegt 3, u klapt etc.
Stap 3: de 2 wordt vervangen door een sprong. U klapt, uw kind springt, u zegt 3, uw kind klapt, u springt, uw kind zegt 3, u klapt etc.
Stap 4: De 3 wordt vervangen door wiggle, wiggle, wiggle, waarbij jullie met de billen draaien. U klapt, uw kind springt, u zegt wiggle, wiggle, wiggle en beweegt met uw billen, uw kind klapt, u springt Etc.
Stap 5 is hetzelfde als stap 1. Het gaat als het goed is steeds gemakkelijker.

Tip 5: Vier de successen! Vier wat er al gelukt is, welke opdrachten er al af zijn. Geef elkaar bijvoorbeeld een high five of een compliment voor het harde werken. U kunt ook een beloning afspreken met uw kind, voor als er bijvoorbeeld vakken of opdrachten af zijn waar uw kind tegenop ziet. 

Tip 6: Hou rekening met de spanningsboog van uw kind. Kinderen die net gestart zijn in groep 1 hebben nog een korte spanningsboog. Op school probeert de leerkracht dit gedurende het jaar op te rekken naar 15 minuten. Aan het einde van groep 2 zal een kind zich ongeveer 20 à 30 minuten betrokken bezig houden met een activiteit. Vanaf groep 3 zal een kind zich steeds langer kunnen concentreren en richten op een taak. Zeker tot en met groep 4 zullen de kinderen hier ondersteuning bij krijgen van de leerkracht. Door afwisseling in de taak; te lezen, te bewegen, te zingen, te kijken naar een ondersteunende video, is het mogelijk kinderen langere tijd betrokken te houden. 

Het volgen van online thuisonderwijs is geen 'normale' vorm van onderwijs. Kinderen zijn niet gewend de hele dag naar een scherm te kijken en 'plat' informatie tot zich te nemen. Juist de interactie en het ervaren maakt dat kinderen leren! Volg de tips en merk het verschil. Laat u mij weten hoe het is gegaan?